Met dit kooktrucje wordt je kip pas écht lekker mals
+ mijn favo Caesar saladerecept, kapper-perikelen, Thais comfort food en terug in de tijd naar het Parijs van 1895
Aangenaam! Ik ben Monique van Loon – schrijver, food nerd en notoire tipsdeler. Je kunt me kennen van mijn eerdere werk voor Culy.nl, mijn boeken of de culinaire recensies die ik jarenlang voor Het Parool deed. In deze nieuwsbrief serveer ik je wekelijks alles wat het leven leuker en lekkerder maakt: recepten, restaurants, kijktips en andere fijne vondsten. Persoonlijk, ongefilterd en recht uit mijn hart. P.S. volg je me al op Instagram?
Lieve mensen van het goede leven,
Voordat we doorgaan naar de lekkere tips (een heerlijke salade, een goede Thai in Amsterdam, een fijne ijsblokjesvorm en méér) even een kleine first world problem mopper.
Een goede kapper hebben is goud waard. Voor mij was dat ruim veertien jaar lang dezelfde in Amsterdam. Veertien jaar! Eigenlijk de langste relatie die ik ooit heb gehad. Elke vijf weken zat ik in haar stoel (ik verf mijn haar al eeuwen, aangezien ik sinds mijn tienertijd al grijs word) en soms zag ik haar vaker dan mijn vriendinnen. Na al die jaren kenden we elkaar door en door. Toen ze besloot te stoppen met het vak gunde ik haar dat natuurlijk enorm, maar toch: het was een eenzijdige break-up van een hele fijne vertrouwensband.
Toen begon de zoektocht. Ik vroeg vrienden om tips, zocht online naar de beste reviews, maar zelfs bij vijfsterrenzaken greep ik drie keer mis.
De eerste salon (waar ik uiteindelijk drie keer heen ging) kleurde goed, maar knipte mijn pony en laagjes volledig scheef – het corrigeren later maakte het alleen maar erger. Bij de laatste afspraak bleken de prijzen ineens fors verhoogd en dat vertelden ze pas áchteraf, op zo’n klantonvriendelijke manier dat ik dacht: hier kom ik niet meer terug.
Daarna vond ik een kapper die eigenlijk perfect was: hij kon geweldig knippen, nailde de kleur direct, gezellige sfeer. Alleen… hij verplaatste bijna al onze afspraken. Af en toe met maar een uurtje (irritant, maar prima), maar vaak ook last-minute naar een totaal andere datum. Soms kreeg ik niet eens een persoonlijk bericht, maar gewoon een mail uit het reserveringssysteem: “Uw afspraak is gewijzigd, op deze nieuwe datum is je afspraak gezet.” Toen ik hem daarop aansprak, heb ik nooit meer iets gehoord.
Mijn derde poging was een salon met alleen maar vijfsterren-reviews. En ook nog eens op loopafstand van m’n huis. Ik dacht: dit moet hem zijn! Nou… nee. Het was er rommelig en oncomfortabel, hij roddelde direct onaardig over andere klanten (red flag!), praatte steeds dwars door me heen en checkte elke handeling bij zijn collega (en dat terwijl hij twintig jaar ervaring zei te hebben). Tijdens de inwerktijd begon de verf extreem te jeuken – iets wat ik nog nooit heb gehad. “Je zal wel een gevoelige hoofdhuid hebben”, was zijn respons.
Dat was allemaal nog wel te doen geweest, als het resultaat mooi had uitgepakt. Maar nee: de kleur werd véél te donker, met een dikke zwarte rand om mijn voorhoofd. Ik had de kleurcode van mijn vorige kapper meegenomen, maar hij zei dat ik zelf maar een tint uit zijn kleurenboek moest aanwijzen. “Laat het aansluiten met de rest van mijn haar, ik vertrouw op jouw expertise”, had ik nog gezegd. Big mistake.
Ik vroeg me af: heb ik steeds pech gehad, of ben ik te kritisch? En is dat erg bij zoiets zichtbaars als je kapsel?
Hoe dan ook: na drie keer misgrijpen had ik gisteren een nieuwe kapper op de agenda staan – bij een salon die werd getipt in Het Parool. Het was direct een match made in heaven. Rosa was lief, snapte direct welke kleur erin moest en gaf me een blowout waar Farrah Fawcett destijds jaloers op zou zijn geweest. Vier keer is blijkbaar scheepsrecht en het leerde me wederom: soms moet je gewoon net zo lang doorzoeken, de moed niet opgeven, totdat je de juiste hebt gevonden. Geldt voor relaties, vriendschappen, banen én kappers.
Mijn ultieme Caesar salade, mét kip (sue me!)
Ik weet dat sommige puristen gaan steigeren, maar ik vind kip in een Caesar salade dus héél lekker. En sinds kort heb ik eindelijk geleerd hoe je kip pekelt. Iets waarvan ik altijd dacht: dat is heel moeilijk, of: dat kan alleen met een hele kip. Blijkt dus niet zo te zijn.
Allereerst: gebruik liever geen kipfilet. Sorry to say: kipfilet is saai, droog, en zelfs als je hem pekelt, blijft het ‘t meest slaapverwekkende stukje vlees ooit. Gebruik liever kippendijen. Die hebben veel meer smaak en zijn van zichzelf al malser, en met deze pekeltruc worden ze helemáál top. Het verschil proef je echt: sappiger vlees dan dit krijg je bijna niet.
Zo pekel je:
Doe 1 liter water met 50 g grof zeezout en 1 theelepel suiker in een pannetje. Tip: gebruik echt het liefst grof zeezout; fijn tafelzout maakt het snel te zout.
Ik voegde ook nog wat knoflookgranulaat (dat zijn korrels gedroogde knoflook), gedroogde dragon en venkelzaadjes toe. Maar dit hoeft niet, alleen water met zout kan ook. Kook het totdat alles is opgelost. Laat afkoelen.
Leg de kip daarna in de (afgekoelde!!) pekel en laat ‘m 30–60 minuten in de koelkast staan. Niet langer, want dan wordt -ie echt te zout. Dep goed droog voordat je hem bakt (afspoelen hoeft niet).
Ingrediënten voor de salade (voor 2 personen):
400 g kippendijen
2–3 kropjes little gem of baby romaine sla
3 eieren
2-3 sneetjes brood (liefst oud)
olijfolie
Parmezaanse kaas, met een dunschiller geschaafd tot flakes
peper en zout
Voor de dressing:
1 eidooier
1 tl Dijon-mosterd
1 el citroensap
1 tl worcestersaus
2 ansjovisfilets
1 klein teentje knoflook, fijngehakt
60 ml extra vergine olijfolie
30 g Parmezaanse kaas, fijn geraspt
zwarte peper
Zo maak je het:
Pekel de kip zoals hierboven beschreven (of niet, zelf weten…). Bak of grill daarna tot goudbruin en gaar. Snijd in stukken.
Scheur brood in grove stukken (scheuren = meer crunchy hoekjes). Bak ze met olijfolie in de oven, airfryer of pan tot goudbruin.
Kook de eieren 6,5 tot 7 minuten in kokend water, laat schrikken in koud water, pel ze en halveer.
Klop eidooier, mosterd, citroensap, worcestersaus, ansjovis en knoflook los met een garde. Voeg langzaam de olie toe, al kloppend, tot een romige emulsie. Roer de Parmezaanse kaas erdoor en maak af met flink veel versgemalen zwarte peper. Wil je een snelle cheat-versie (of een versie zonder rauw ei): gebruik dan een goede mayonaise met veel mosterd (zoals Amora, mijn favoriet) en mix deze met de citroensap, ansjovis, worcestersaus, knoflook, kaas en peper).
Snijd de kontjes van de kropjes sla en snijd de rest in grove stukken. Hussel met de dressing. Verdeel de kip, croutons en eitjes erover. Maak af met Parmezaan-flakes.
Thai Thai Poppetje
Ken je dat, dat je ineens zó’n craving hebt naar Thais eten dat je bijna het vliegtuig naar Bangkok wil pakken? Gelukkig hebben we in Amsterdam een heleboel goede Thaise restaurants, waarvan Thai Thai Poppetje een grote favoriet is. Dit zaakje in de Van Speijkstraat in West heeft precies de juiste dosis chaotische gezelligheid en vooral een mega fijne (en originele!) kaart.
Mijn tip: start met wat kleine snacks om te delen, dan kun je veel proeven. Zoals malse viskoekjes (thod man pla), vegetarische rode curry-bitterballen (khao thod) of, mijn lievelings: naem thod. Dit zijn gefrituurde varkensworst die je zelf in slablaadjes legt en toedekt met saus, munt en koriander. Ik hou van dat soort DIY-hapjes.
Daarna is het tijd voor het echte werk, zoals de khao soi. Een huge ass kom eiernoedels in kurkuma-kokos curry, met ingelegde kool, sjalot, koriander, crispy noedels en sappige pork belly (of gefrituurde kip, of garnalen, wat je wil). Dit is comfort food to the max. Je kunt ’m ook vega met tofu of jackfruit nemen trouwens.
Houd zeker plek over voor een toetje, want hun kleefrijstcake met pandan en kokos is hemeltergend goed. Het is wel een machtige hap, dus die kun je ook delen als je wil.
Tip: bestel er een kokoswater bij (ze hebben die van Foco, het merk dat ik het liefst drink) of een glas huisgemaakte pandan-limo bij. Zet je telefoon op vliegtuigstand en je bent gewoon écht effe lekker weg.
📍 Thai Thai Poppetje, Van Speijkstraat 157, Amsterdam






Omgaan met schermtijd
Een leestip en leeftip inéén. Leefstip. Leesftip?!
Dit stuk in The Guardian (en eerder dit jaar dit artikel in NRC) zette me flink aan het denken over schermtijd. De eerste schrijver probeerde zijn telefoongebruik zodanig hard terug te dringen dat dát uiteindelijk weer een nieuwe obsessie werd. In het NRC-artikel las ik de zin: “De paniek om zonder telefoon te zijn heeft inmiddels plaatsgemaakt voor angst om hem juist weer terug te krijgen.”
Ook ik heb periodes gehad waarin ik vond dat ik rigoureus minder op mijn telefoon moest zitten. Dan stelde ik lekker ambitieus allerlei beperkingen in voor apps, wat resulteerde in mijn iPhone die als een soort juf Bulstronk (“nog maar 1 minuut voor Instagram!”) tegen me blafte – wat uiteindelijk vooral uitmondde in teleurstelling in mezelf als ik tóch langer bleef hangen in kook-tutorials en hondenfilmpjes.
Wat beter bleek te werken: mijn schermtijd verspreiden in plaats van snoeien. Dus niet louter eindeloos Insta Reels swipen, maar datzelfde halfuur liever gebruiken voor een roman op mijn e-reader, een film over keizerspinguïns of een YouTube-docu over de Vanderbilt-familie. Het zijn allemaal schermen, maar het voelt toch nét effe anders dan gedachteloos doomscrollen.
Heel benieuwd hoe jullie hierover denken. Laat je een comment achter?
La venue de l’avenir katapulteert je naar het Parijs van 1895
Ik zat vorige week in de bioscoop (jep, lekker in m’n eentje) voor La venue de l’avenir en werd twee uur lang ondergedompeld in het Parijs van nu én het Parijs van 1895.
De film volgt twee verhalen: in 2025 moeten vier erfgenamen beslissen of een oude boerderij in Normandië plaats mag maken voor een nieuw bouwproject. Terwijl ze rondneuzen in het vervallen huis, ontdekken ze het verhaal van hun overgrootmoeder Adèle, die 130 jaar eerder naar Parijs vertrok om haar verdwenen moeder te zoeken.
Dit is dus echt een Franse Film met hoofdletters F, want: vol kostuums, chauvinisme en een vleug kitsch waar je óf vet op afknapt, óf je er gewoon lekker in mee laat voeren. Ik koos voor dat laatste.
Het heden-verhaal vond ik eerlijk gezegd wat cliché (influencers die selfies maken voor een Monet-schilderij, erfgenamen die ruziën via Zoom-calls, iets met een trip – maar dat zal ik niet spoilen). Maarrr: steeds als we teruggingen naar eind 19e eeuw zat ik weer rechtop. Jonge vrouw op avontuur in Parijs, kunstenaars, impressionisme, geheimen, familiebanden, prachtige locaties en kleding… heerlijk. Daar had ik nog uren naar kunnen kijken.
Wat me ook raakte: de film liet me nadenken over mijn eigen voorouders. Opa en oma weet ik nog goed, maar dáárvoor? Geen idee. Terwijl die mensen natuurlijk net zo goed hun keuzes, dromen en drama’s hadden – en ik ben daar uiteindelijk een resultaat van. Het zit allemaal in je, of je nou wil of niet. Ik merkte dat ik daardoor met een heel ander gevoel de bios uit liep.
Dus: hou je van Parijs, nostalgie en kostuumdrama’s? Dan is dit er eentje voor jou.
Eindelijk de perfecte ijsblokjesvorm
Ijsblokjesvormen: ik heb er heel wat versleten. Van lullige goedkope tot fancy exemplaren met een speciale platte deksel. En ja, ik trapte zelfs in de fuik van de Action-ijsblokjesmachine die onlangs viral ging op Instagram en TikTok. (Bleek een enorme unit, produceerde tergend langzaam zielige miniblokjes… met pijn in het hart weer weggedaan). Plastic-verspilling én teleurstelling in één. Silly me.
En toen, alsof het zo moest zijn, kreeg ik precies in de week dat ik ‘m wegdeed een cadeaupakket met deze Lékué ijsblokjesvorm. En die is dus GENIAAL. Je vriest de blokjes in de deksel, duwt ze er zó uit in de doos, en hebt altijd een voorraadje paraat. En hij past ook nog eens in mijn mini-vriezer.
De blokjes zijn precies goed: niet te groot, niet te klein, en in leuke hoekjes. Het ziet er ook nog eens chic uit als je een karaf water of een cocktail serveert. Plus: van een stuk duurzamer materiaal dan die Action-troep. Echt zo’n ding waarvan je denkt: waarom had ik dit niet eerder? En ook serieus een goed verjaardagscadeau; je maakt iemand hier jaren blij mee.
Koop ‘m hier voor €23,90.
Heb jij ook weleens zo’n kapper-break-up meegemaakt? Of heb je zelf een goed restaurant, boek, film of lifehack die ik écht moet ontdekken? Laat het me vooral weten in de comments. Tot volgende week!
Liefs,
Monique











Thais eten is echt mijn favoriet, dus super bedankt voor de tip! Ik hou echt van mango sticky rice, jammer dat ze dat net niet hebben. En toevallig zat ik afgelopen week ook alleen in de bios te genieten van precies deze film! Ik vond hem geweldig.. heerlijke Parijs beelden en sferen.
Oh die kapperstruggle voel ik helemaal. Ik heb nooit een goede kapper gehad, tot ik een paar jaar geleden eindelijk een goede kapper voor m’n krullen vond. Ik bid elke dag dat ze er nooit mee stopt haha